< Terug

17.  De wisseling van de wacht [a rendszerváltás] of: de overgang naar de        demokratie, 23 mei 1988 tot 23 mei 1990

17.1 Het zogenaamde “socialistisch pluralisme” van de technokraat Grósz,
         mei - september 1988. 

Met name na het vertrek van Kádár en de oude garde in mei 1988 lijkt iedereen in de heersende partij overtuigd van de absolute noodzaak van hervormingen in -een nog meer verlichte- socialisti­sche geest, met ruimte voor de vrije markt, en ook de voortvarende, nieuwe 57-jarige partijleider Károly Grósz wil voorzichtig doorgaan op de weg naar hervormingen, binnenlandse liberalisering en een opening naar het Westen. Hij wordt dan ook "de Hongaarse Gorbatsjov" genoemd en hij is en bleek al een doener, een koele manager, een opportunist of althans een realist, energiek, flexibel, een taktikus, een "hervor­mer", en [maar!] hij hield zich vele jaren op de vlakte.
Hoevèr hij met "hervormingen" ècht wil doorgaan en of hij de [zwakke!] positie van de partij verder wil afbouwen is onbekend, maar wel worden nu het stakingsrecht, de vrijheid van vereniging en vergadering, de aandelenhandel, n.v.'s, minderheidsstandpunten en een marktgerichte economie toegezegd. Toch geldt Grósz níet ècht als liberaal of hervormingsgezind want bij hem staat de economische doelmatigheid voorop. En dat komt veel Hongaren wel goed uit: zij denken inderdaad uitsluitend economisch. Zaken zoals b.v. een verdere toeneming van armoede, belastingen en inflatie, een dalende levensstandaard, meer werkloos­heid en bedrijfssluitingen worden niet langer aanvaard....
Toch wil Grósz wel zoveel mogelijk subsidies afschaffen, omdat men nu p.j. nog altijd $ 1 mrd aan subsidies aan inefficiënte bedrijven uitgeeft en daarom zal Grósz' politiek zéker tot meer werkloosheid leiden en de sociale kloof tussen arm en rijk sterk vergroten. De vakbondsfederatie, de SZOT, die nu onafhankelijk van de partij opereert, is dus uiterst kritisch en wil b.v. dat de sociale woningbouw [door de overheid] blijft gehandhaafd en dat lastenverhoging tot 't uiterste beperkt blijft. Werkzoekenden komen nu ook in aktie n.a.v. de massale ontslagen van staalarbeiders in Ózd en vooral jongeren, slechtgeschoolden en Zigeuners zullen het moeilijk krijgen, zo vreest men, want Grósz belooft géén snel einde van de crisis en de stagnatie! Integendeel: de premier roept op om vooral geen illusies te koesteren en hij prijst m.n. zelfs Pozsgay en Nyers die eigenlijk nog veel verder willen gaan met noodzakelijke hervormingen!.
In Ózd, een industrieplaats in het crisisgebied van Borsod, dreigt inderdaad een verdere verslechte­ring door ontslag van duizenden arbeiders want na vele mijnsluitingen worden nu de hoog­ovens gesaneerd, en men vindt het nieuwe verschijnsel werkloosheid buitengewoon, absurd! In Ózd is nu zelfs een filmdokumentaire gemaakt met de titel "In de verdrukking" en hierin wordt een somber toekomstbeeld geschetst. Maar zoals overal elders het geval is: nooit heeft men hier aan vernieuwing van produktiemethoden en aan betere kwaliteit, of aan efficiency en de internationale markt gedacht. Een veeg teken is nu b.v. dat bedrijven voortaan alleen nog ontslagen van werknemers melden als het om tien of meer mensen gaat. Het is dus afgelopen met de zekerheid van werk en brood voor het leven en dat geeft Grósz wel toe: "We zullen géén bescherming bieden tegen ontslag, tenzij het werk eerlijk, nuttig, efficiënt en winstgevend is" en als Grósz eerlijk is zal dat zelfs overplaatsing, omscholing en/of ontslag van ± 1/5 der beroepsbevolking, d.w.z. 1 miljoen mensen, betekenen: volgens de bekende sociologe Zsuzsa Ferge kan men nu al het aantal werklozen op 4 %, d.w.z. 200.000 mensen, schatten. Zij is bovendien bang dat Grósz c.s. de saneringsmethoden van Thatcher wil toepassen, en dat slechts de arbeiders hiervan de dupe zullen worden.
Temidden van deze slechte omstandigheden wordt er op 14 juni voor het eerst in de partij gediscussieerd over de strategie van hervormingen en van politieke prioriteiten, in totaal over meer dan 100 onderwerpen, zoals vier nieuwe partijstatuten [o.l.v. János Lukács], een economisch reddingsplan [van Miklós Németh], een onderzoek naar de lijn van de partij in de voorbije 30 jaren [o.l.v. Pozsgay], de ontwikkeling van een  nieuw netwerk van experts en adviseurs om de inzichten van verschillende sociale groepen [de elite] over te brengen naar de partij. Er komen n.b. 29 projecten voor het grondig nagaan van de interne organisatie, etc., etc. en dat betekent een  complete reorganisatie en modernisering van alle aspekten van de Hongaarse politieke en sociale en economische instellingen en m.n. aktief is de min.v.justitie Kálmán Kulcsár. Maar hoever gaat dit alles en hoever gaat de demokratisering?
Veel blijft immers vaag want de partij is nog steeds “de leidende kracht van de maatschappij”. Komen er formeel erkende ándere politieke partijen, terwijl die van 1945-’48 zelfs nooit wettelijk zijn verboden! [Tökés, Hungary’s negotiated revolution, 286]… Minder van belang is nu zelfs de positie van de meer conservatieve János Berecz, die eerder pleitte voor vergaande hervormingen, openheid en efficiency, en verschillende taboes wilde doorbreken. Men  hoort nu echter niet meer zoveel want zijn huwelijk in januari heeft blijkbaar [ook in de partij?] toch teveel opzien gebaard: Berecz, partijsecretaris voor ideologie, wiens vrouw is verongelukt, trouwde toen n.l. met de veel jongere film/toneelspeelster Anikó Sáfrán, die in films van Miklós Jancsó naakt optrad, en hier en daar denkt men dat Berecz wellicht een soort ideologische waakhond blijft.
Intussen vindt er overleg binnen het Politieke Bureau der partij plaats en 15 onafhankelijke parlementsleden komen met hun plan voor veel meer demokratie, opgesteld door Pozsgay’s vrienden, maar het wordt onmiddellijk verworpen door het CC. Ook komen er allerlei échte hervormingsplannen voor b.v. een nieuwe kieswet, de herziening van parlementaire procedures, een nieuwe wet inz. het presidentschap, de grondwettige positie van de MSZMP, het recht van vereniging en vergadering, de positie der vakbonden, de mensenrechten, de nationale minderheden, burgerinitiatieven en plebiscieten, locale autonomie, de pers, een Constitutioneel Hof, een ombudsman en een nieuwe grondwet… [Tökés, idem, 286, 287]. Er zal ook een nieuwe wet op kapitaalvorming komen en het doel is het voorkómen van kapitaal­vlucht uit het land en de bevordering van investeringen, privatisering, kredietvorming en meer vrij kapitaalverkeer in en buiten het land, de markteconomie, devaluatie, harde budgetaire dwang voor verspilling bij ondernemingen, en het gemakkelijker oprichten van joint ventures en de aandelenhandel voor particulieren.

top

Van het grootste belang blijft echter dat Grósz op 4 en 5 juli 1988 bij zijn eerste werkbezoek aan Moskou van Gorbatsjov [Gorbačov], die hem hartelijk ontvangt, te horen krijgt dat de Sovjet-Unie zich niet in het Hongaarse proces van veranderingen wil mengen en dát terwijl het plan met de meest radikale hervormingen, b.v. tot een totaal van 1/3 privé-ondernemingen en mogelijke verkoop van staatsbedrijven aan particulieren, in januari 1989 tenslotte door de Hongaarse partij wordt aanvaard. Vooral Miklós Németh leidt dit overleg en hij kwam al met een hulpplan voor herstel. Een vrije markt en privé ondernemingen worden bepleit, en de rol van de overheid moet alleen gelden bij pensioenen, werkloosheid, welzijn, publieke gezondheidsdiensten en bij defensie. De partij moet volledig uit het economische leven en dan ook uit politieke leiding verdwijnen! Er moeten minder regels komen en b.v. de vrije hand voor bedrijfleiding i.v.m. nieuwe mogelijkheden op de markt. Ook blijft er enige controle op lonen en prijzen en… de regering blijft ook ‘drijven’ op nieuwe buitenandse. kredieten…  [Tökés, 287, 288]. 
Economische hervormingen zijn echter níet het enige: vanaf de zomer van 1988 begint men bij de Oostenrijkse grens met de demontage van het IJzeren Gordijn, en politici praten openlijk hierover. De nieuwe minister van binnenlandse zaken István Horváth verklaart b.v. in een interview met "Népszabadság" op 6 augustus dat "op een aantal delen van de staatsgrens nog steeds de apparatuur van de oude tijden aanwezig is" en ook hij vindt blijkbaar demontage nodig. Maar op een conferentie van het ministerie van binnenlandse zaken in november 1988 beraadt men zich toch wel over mogelijke negatieve reakties van de bondgenoten, de USSR, maar vooral de DDR en de ČSSR, en over een mogelijke golf van vluchtelingen. Toch wil Hongarije doorgaan met de demontage van het IJzeren Gordijn langs de Oostenrijkse grens!……..
Gevolg van de politieke ontwikkelingen is eveneens een debat over de noodzaak van een nieuwe grondwet of volledig aanpassing van de bestaande. Hierbij komen dan burgerrechten, vrijheden [o.a. vereniging, vergadering, godsdienst], de rol van het parlement en van de regering, onafhankelijke vakbonden en andere organisa­ties, enz. aan de orde en b.v. de bezitsvor­men [staat, collectief, particulier] moeten als gelijkwaardig erkend worden. Het parlement zal de enige wetgevende macht worden en dan zijn er geen dekreten van de Presidentiële Raad meer mogelijk, en de oude, al vele jaren bekende, schrijver en literair kritikus en parl. lid Iván Boldizsár, 75, reageert met: "We bevinden ons nu op de lagere school voor demokratie, niet meer op de kleuterschool. Echte, eigen meningen komen naar voren, maar burgers moeten nog veel meer bij staatszaken worden betrokken….. De partij is een soort coalitie van frakties, groepen en belangen geworden".
Intussen gaan allerlei aktiviteiten die duiden op een snel toenemende westerse invloed in dit land gewoon door: In het centrum van Budapest [Régiposta utca] wordt eind april '88 de eerste MacDonald’s van Oost-Europa geopend en in juli wordt bekend gemaakt dat per 1 januari 1989 de eerste effectenbeurs van Oost-Europa in Hongarije wordt geopend, terwijl hier al een obligatiemarkt en een markt voor schatkistpapier bestaat en de populaire "Rádió Danubius" blijkt, nu in april het 3e seizoen begon, en groot sukses. Dat is een opmerkelijk fenomeen in Oost-Europa: een commerciële zender met veel reklame en Westerse muziek, ontspanning en politiek en… die zender kan zich n.b. handhaven uit eigen middelen! Zelfs bij de BBC en vanuit Zuid-Korea is men geïnteresseerd. Na 1 oktober zal men voor het eerst blijven uitzenden, duis ook na het toeristenseizoen..
Op 17 juni 1988 zenden voor het eerst "The Voice of America" en de Hongaarse radio zelfs een 90 uren durend gezamenlijk programma voor Hongarije uit! Opnieuw een primeur voor het hele "Oostblok"! Het projekt kon tot stand komen, aldus László Zeley, hoofd van "Radio Budapest", door "het verbeterde politieke klimaat en de openheid en oprechte belangstelling voor elkaars gezichtspunten". Ook Hongaren spreken in alle openheid over alle vragen die aan bod komen……... Aldus wordt de sfeer in het land snel anders: Voor de 'unieke' en historische plaats van de Hongaren in Centraal Europa heeft men weer alle aandacht in boeken, bundels, tijdschriften, conferenties, studies, en op vele burgerlijke schrijvers uit het verleden die zich ermee bezig hielden, wordt nu weer gewezen: b.v. Dezső Kosztolá­nyi, Mihály Babits, István Bibó en Zsigmond Móricz. Maar ook over de enge Hongaarse grenzen van "Trianon" 1920 en over de direkte en nog altijd pijnlijke gevolgen hiervan, de 3 miljoen Hongaren óver de grenzen [!], is men nog láng niet  uitgepraat, terwijl historici zoals Ernő Raffay, Mária Ormos en Zsuzsa Nagy hierover al veel publiceerden. Nog altijd wordt dit door de Geallieerden opgelegde diktaat van 1920 door zéér vele Hongaren als een grof schandaal en schrijnend onrecht ervaren, maar naar de tijd van autarkie, nationalisme en revisionisme wil men niet terug.
Voor het eertst wordt zelfs Illés Mónus [1888-1944], de theoreticus der Sociaal-Demokratische partij en hoofdredak­teur van de partijkrant "Népszava" in de tijd van Horthy, herdacht, al was hij ook fel en principieel tègen enige vorm van contact of samenwerking met communis­ten, en zéér gematigd, voorzichtig en welwillend tegenover het toen heersende conservatieve bewind van Horthy! Hij is tenslotte door de nazi's om het leven gebracht.
Maar ook voor de kerken wijzigen de tijden zich snel: op 29 mei wordt aartsbisschop László Paskai van Esztergom  tot kardinaal benoemd en op 28 juni in Rome, met 24 anderen, gewijd en kort tevoren bezoekt paus Johannes Paulus II [23 tot 26 juni] Oostenrijk en draagt een mis op in Trausdorf [Burgenland], waarbij óók ± 60.000 Hongaarse katholieken en alle Hongaarse bisschoppen aanwezig zijn, evenals ± 30.000 Sloveense en Kroatische katholieken! Ook hier spreekt de paus weer openlijk zijn veroordeling van het atheïsme en communisme uit, zoal hij dat eerder al in Polen deed. Aan de Hongaren worden door hun eigen land wèl alle mogelijke faciliteiten verleend: honderden
speciale bussen en geen controles, en de inzet van duizenden vrijwilligers, terwijl b.v. aan katholieken uit Slowakije, de ČSSR, géén toestemming wordt verleend om naar Oostenrijk te gaan: één van de vele enorme tegenstellingen binnen dat zogenaamde Oostblok!!
Niet over alles kan men in Hongarije echter al openlijk praten en handelen: op 6 juni vraagt een groep burgers om eerherstel van Imre Nagy, de premier tijdens de Opstand van 1956 en tien dagen erna -op de illegale herdenking van de executie van Nagy, Maléter e.a. in 1958- wordt toch nog een tiental arrestaties door de politie verricht! Wel kan een plechtigheid op het Kerepesi temető, waar 324 slachtoffers van de Opstand van 1956 anoniem begraven liggen, doorgaan. Ook in 1987 demonstreerden hier [toen slechts veertig] mensen ter herdenking van de executie van Imre Nagy, maar die werden na een half uur door de politie uit elkaar gejaagd. ……Wèl wordt er 12 dagen later toestemming verleend aan het MDF dat een demonstratie met 60.000 mensen denkt te houden tegen het optreden van het Roemeense regime van Ceauşescu. …..
De stoffelijke resten van de wereldberoemde componist Béla Bartók, die overleed aan leukemie in sept. 1945 in Amerika, worden op 22 juni in Amerika opgegraven en ze worden op wens van zijn zoons, de 64-jarige Péter in Florida en de 78-jarige Béla, maar ook volgens Bartóks testament, in Budapest, na een tocht met plechtigheden en concerten via Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland en Oostenrijk, in juni naar Hongarije overgebracht en in Budapest, op 7 juli, plechtig op het Farkasréti temető, volgens Unitarische ritus [!], bijgezet naast Zoltán Kodály, zijn vriend en collega. Men beschouwt hem ook als de verloren zoon, die eindelijk in het vaderland rust heeft gevonden en men herinnert hem o.a. als anti-fascist, nonconformist, en zeer modern componist.
De Amerikaanse filmster Tony Curtis, van afkomst Hongaars joods, bezoekt Hongarije en houdt op 1 juli de "Emanuel Foundation for Hungarian Culture" ten doop t.b.v. restauratie van de twee grootste synagoges en van ± 1.300 joodse begraaf­plaatsen in het land. Dit kan een belangrijke impuls zijn voor het leven van de ± 80.000 Joden in Hongarije en de volgende dag, 2 juli, kondigt de regering een mogelijke amnestie aan voor ong. 400 gevangenen die na de opstand van 1956 waren veroordeeld! Alleen ter dood veroordeelden en spionnen worden hiervan uitgezonderd, maar de kerken willen dan ook een rehabilitatie van geestelijken die tijdens het stalinisme zijn veroordeeld, zoals b.v. kardinaal Mindszenty en de evangelische bisschop Ordass…….. Pogingen  hiertoe hebben immers nog geen resultaat gehad en de staat liet nooit iets van zich horen!
Toegestaan is ook een demonstratie op 27 mei van ongeveer 2.000 Hongaren o.a. bij de Oostenrijkse ambassade in Budapest tègen de [met Tsjechoslowakije en Oostenrijk overeengekomen] bouw van de Donaustuwdammen in Gabčíkovo [Bős] en Nagymaros, de elektriciteitscentrale en de milieuschade hierdoor. Regelmatig vinden dergelijke demonstraties plaats en begin juni wordt een "Nagymaros Bizottsága" [Comité] gevormd.

top

Anders ligt het echter met de steeds meer massale en openlijke kritiek op buurland Roemenië! De Hongaarse leiders willen en kunnen immers niet alle contacten met dat land afbreken! Toch lijkt de regering in Budapest nu de wensen van het volk wel te steunen want op 6 juni neemt Hongarije voor het eerst een ongebruikelijke stap: het levert openlijke kritiek op Roemenië! De ondermin.v.buitenl.z. Őszi deelt de Roemeense ambassadeur in Budapest mee dat de Hongaarse regering erg verontrust is over de Roemeense plannen tot “modernisering van het platteland”, d.w.z. de afbraak van 7.000 dorpen. Ook vindt men dat de ± 2 miljoen Hongaren in Roemenië worden gediskrimineerd, hoewel de Roemenen dat absoluut ontkennen! De tegenstellingen tussen beide landen en daarom de problemen met Roemenië nemen dit jaar dus een zeer grote plaats in want Hongarije probeert b.v. ook internationaal aandacht ervoor te vragen en er zijn het hele jaar door demonstraties tegen de politiek van de diktator Ceauşescu die de grote Hongaarse minderheid in z’n land steeds meer de duimschroeven wil aanleggen. De Roemeense leider ontkent echter alles en stelt, zoals zovaak in de loop der jaren, vast dat hij juist de etnische minderheden alle kansen en gelijke rechten verleent….Hij is zelfs trots op het feit dat ‘het probleem van de nationaliteiten in Roemenië is opgelost’…. Toch komen waarnemers en anderen tot totaal andere, zelfs tegengestelde, conclusies! 
Er komen in juli zelfs berichten dat de Sovjet-Unie vluchtelingen uit Roemenië, zoals Hongaren maar ook Roemenen en Ukraïners, uitwijst en “op basis van de bestaande wetten” naar het land terug stuurt. Er zouden nu al 20.000 Hongaren uit Roemenië naar Hongarije zijn gevlucht. Toch zijn er aan de grens ook heel wat vluchtelingen, die het veel meer vrije Hongarije wilden bereiken, beschoten en gedood. Met name in juni lijkt in Roemenië de situatie voor Hongaren [en Roemenen] steeds hopelozer te worden en Debrecen is intussen een soort centrum voor de opvang van Hongaarse vluchtelingen geworden. Honderden miljoenen Forint zijn al geschonken en men ontvangt ook westerse buitenlandse hulp.
In Roemenië worden de Hongaren namelijk buitengewoon slecht behandeld, en als ["afstam­melingen van] barbaarse Aziatische veroveraars" beschouwd. Vrijwel alles wordt hun verboden, alom is er de zware controle en de dogmatische bekrompenheid van het regime, iedereen wordt gewantrouwd en de armoede is vrijwel algemeen. Men kan z'n eigen taal niet meer in het openbaar gebruiken, men wordt uitgescholden, en bedreigd in z'n bestaan, contacten met Hongarije worden niet toege­staan, alle Hongaarstalige TV, radio en pers is uitsluitend ten bate van de persoon van De Leider [Conducator] Ceauşescu. Kerken en kerkhoven worden systematisch vernietigd, enz. en de Britse ondermin.v.buitenl.z. Mellor verklaart op 21 juni in Budapest dat de wereld het geduld met het reactionaire regime van Ceauşescu in Roemenië verliest. Roemenië zal niet worden toegestaan om vooruitgang [op de conferentie van de CVSE in Wenen] te blokkeren. Mellor verklaart ook dat hij een uitnodiging om naar Roemeneië te komen heeft afgeslagen, want hij ziet geen heil in ”een dialoog met doven”!
Ook volgens een internationaal rapport van de "Helsinki-Federatie voor Mensen­rechten" probeert het regime in Roemenië de bijna 2 miljoen Hongaren met dwang te assimileren door hun taal en cultuur uit te roeien en de dorpen waarin ze wonen plat te walsen. De situatie is slechter dan ooit, en de toekomst der Hongaren in Roemenië is dus erg somber. 8.000 van de 13.000 dorpen in Erdély [Zevenburgen, Transylvanië] zouden moeten verdwijnen, en hiervoor komen dan 'agrarisch-industriële centra' in de plaats. 
Zelfs vooraanstaande partijleden, zoals Mátyás Szűrös, de secr. van het CC voor buitenlandse zaken, verklaart o.a.: "De cultuur en taal der Hongaren worden vernietigd, mensenrechten en internationale akkoorden worden grof geschonden, de vernieti­ging van duizenden dorpen betekent de doodssteek der Hongaarse cultuur in Roemenië". Hongarije wenst echter geen wijziging der grenzen, en is bereid tot overleg over alle problemen, wil goede betrekkingen, dialoog, samenwerking op allerlei gebied en vriendschap! Szűrös pleitte steeds al voor goede betrekkingen met het Westen, de EG, de USA, en internationale protesten tegen het beleid van Ceauşescu [de schending van mensenrechten en beroving van de cultuur en taal van duizenden] nemen nu dus toe. “Het geduld met Roemenië raakt op”, aldus b.v. de Britse ondermin.v. buitenlandse zaken.
Toch probeert Grósz, b.v. op 30 juni, nog milde termen te vinden voor Ceauşescu's beleid, dat "niet alleen tegen de Hongaarse minderheid is gericht", en de [Hongaarse] partij rekent op "konstruktieve medewerking van de Hongaren in Roemenië bij 't bereiken van een gezamenlijke oplossing". O.a. omdat die Hongaren in Roemenië slechts onder dwang en druk leven, neemt men Grósz hem dat overigens wel kwalijk: "De partij neemt een veel te slappe houding aan t.o.v. Roemenië", wordt er gezegd maar Hongarije neemt ook geen tegenmaatregelen tegen b.v. de sluiting van het consulaat in Cluj-Napoca [Kolozsvár]. De stroom vluchtelingen uit Roemenië houdt echter aan en daarom overweegt men kampen in te richten. Een tijdelijke verblijfsvergunning is aan 5.000 Roemenen in Hongarije verleend, aldus Zoltán Gál, ondermin.v.binnenl.z. De autoriteiten vermijden overigens het woord 'vluchtelingen' en men schat dat er al 15.000 Roemeense Hongaren [illegaal] in Hongarije zelf zijn gearriveerd.
Voor massa’s Hongaren spreekt het vanzelf dat de zaak van ’de Hongaren over de grens’ [a határontúli magyarság] hen na aan het hart ligt en dat ook het fundamentele verschil tussen de ontwikkeling in eigen land èn in het grote oostelijke buurland zeer duidelijk zichtbaar en voelbaar is.... Op ma. 27 juni vindt bijvoorbeeld een massa-demonstraties van ± 50.000 mensen in Budapest op het Hősöktere [Heldenplein] plaats, georganiseerd door het MDF en enkele onafhankelijke groepen, tegen de stalinisti­sche politiek van Ceauşescu in Roemenië, en m.n. zijn houding tegenover de 1,7 à 2 mln Hongaren in dat land. Het is de grootste demonstratie in Hongarije sinds 1956, en de eerste demonstratie in heel Oost-Europa in het éne land tègen het andere!.....
De demonstratie is dan wel niet door de partij georganiseerd, maar ze wordt toch officieel toegestaan en hier wordt  Ceauşescu openlijk met Stalin en Hitler vergeleken vanwege z'n rassenwaan en genocide. De schrijver István Csurka waarschuwt zelfs voor "een nieuwe massamoordenaar na 50 jaar" en roept op om een einde te maken aan de Roemeense "bulldozerrevolutie". Als de regering in Budapest zich dan wel verantwoor­delijk acht voor het lot der Hongaren over de grenzen deelt de partij de grieven van het volk toch óók?, zo vraagt men zich af. Men zingt ook oude Zevenburgse liederen en draagt Hongaarse vlaggen mee.
De dag erna is Roemenië natuurlijk woedend over de 'chauvinistische, nationalistische en anti-Roemeense demonstratie' en sluit binnen 24 uur het Hongaarse consulaat in Cluj-Napo­ca/Kolozsvár  èn het Hongaars Cultureel Centrum, dat in 1977 in Boekarest werd geopend, en Ceauşescu beschuldigt Hongarije van inmenging, avonturisme, anti-socialisme, enz. en daarbij wordt alle personenverkeer aan de grens gehinderd.
Maar ook het Hongaarse parlement is ernstig bezorgd over de situatie in Roemenië, die "zeer schadelijk is voor de wederzijdse betrekkingen, voor het humanisme en socialisme"; men deelt de opschudding en bezorgdheid onder de bevolking en Hongarije wil de internationale publieke opinie verder mobiliseren…. en op 1 juli spreekt het  parlement daarom uit: "De Roemeense regering en het parlement moeten het plan tot vernietiging van 8.000 dorpen "in het kader van de socialistische ontwikkeling en modernisering" nog maar eens overwegen", want de plannen zijn niet alleen schadelijk voor de Hongaren maar voor álle Roemenen. Grósz is bereid tot direkt overleg ín Roemenië en zegt dat Hongarije zich niet wil mengen in Roemeense binnenland­se aangele­genheden. Hij denkt ook dat "het conflict van tijdelijke aard is". Intussen schaart Roemenië "zich geheel achter zijn president", aldus Radio Boekarest en het blijkt dat Ceauşescu nog steeds van zichzelf is overtuigd: "Wij kunnen trots zijn dat we het nationaliteitenprobleem hebben opgelost door iedereen op elk gebied gelijke rechten te geven".
De feiten spreken echter een andere taal: traditionele huizen, kerken en boerderijen der Hongaren mogen in feite nooit hersteld worden en het beleid van Ceauşescu verandert niet echt: al vele jaren legt men de Hongaren die hun taal en cultuur willen handhaven talloze beperkingen in de weg. Hongaarse naamborden zijn eenvoudig weggehaald, Hongaarse voornamen worden niet geregistreerd, Hongaarse volksmuziek wordt niet meer verkocht, eeuwenoude archieven worden opgeheven en weggehaald, en geleidelijk wordt deze grootste minderheid van Europa van haar intellektuele elite en van haar eigen geschiedenis beroofd en alles wat de snellere eliminatie van de Hongaarse minderheid kan bevorderen wordt toegelaten. Wie in Roemenië een carrière wil maken moet z'n [Hongaarse] identiteit en achtergrond afzwe­ren, en uiteraard partijlid worden.
Overigens: óók voor etnische Roemenen geldt dat het openbare leven in hun land volledig onder controle der Securitate staat. Niemand kan de ander vertrouwen en altijd is een bevel tot huiszoeking en confiscatie van alle waardevolle zaken mogelijk. In alle genoemde zaken zwijgen de Roemeense kerken, of ontkennen alle negatieve berichten, en spreken van "valse propaganda". De Wereldraad van Kerken wil dan ook geen uitspraken doen, "zonder overleg met de ledenkerken in dat land". De kerken, ook de Hongaarstalige Hervormde [Gereformeerde] kerk in Roemenië, met ± 800.000 leden, staan onder zware druk van de regering.
Volgens bisschop Károly Tóth maakt de Wereldraad zich hiermee ongeloof­waardig door te zwijgen over het onrecht jegens de 2 miljoen Hongaren en de Hongaarse kerken reageren woedend op de Roemeense plannen om ongeveer  de helft van alle dorpen in het land met de aardbodem gelijk te maken, en ze zijn ook zeer aktief bij de opvang van vluchte­lingen. In augustus bepleit de r.-katholieke bisschop Gyulay van Szeged-Csanád economische sankties tegen Roeme­nië, en wenst Europese aktie tegen het beleid van Ceauşescu "om vernietiging van de culturele identiteit van bevolkingsgroepen in Roemenië te voorkomen".

15 maart 1989. Alle vrijheid tot demonstratie en oprichting van polit. partijen!.jpg

top

In augustus komen er [volgens Pax Christi] geruchten over het doden door Roemeense soldaten en douane van Hongaren die de grens naar Hongarije over willen en er zouden intussen 30 à 40.000 vluchtelingen in Hongarije zijn. Vooral aan de grens worden mensen in elkaar geslagen, beschoten en vernederd. Het wrange is overigens dat de Bondsrepubliek al tienduizenden Roemeense Duitsers voor aanzienlijke bedragen vrijkoopt zodat zij naar West-Duitsland kunnen vertrekken en dat geld kan Roemenië vervolgens goed gebruiken……
Het is dan ook niet verwonderlijk dat een vml. hulpbisschop en docent aan de theologische academie der Hongaarse Hervormde kerk in Cluj-Napoca [Kolozsvár], Roemenië, prof. dr. István Tőkés [Málnás, 8 aug. 1916] die in 1984 is ontslagen, eind augustus 1988 in Hongarije de leiding van deze kerk ervan beschuldigt systematisch alle lagere kerkelijke organen te passeren. Iedereen en alles wordt als marionet van de staat gemanipuleerd en de beide bisschoppen hebben veel te veel macht. Er moet een nieuwe kerkorde komen om een einde aan de wetteloosheid te maken, aldus Tőkés, maar voorlopig lijken of zijn o.a. de beide calvinistische bisschoppen, samen met zéér vele anderen, tot dusver niet anders dan gedweëe marionetten of stromannen van de diktator, Ceausescu…..
Intussen komt van 29 juni tot 1 juli het parlement bijeen en dan worden enkele ministers vervangen. Zéér bijzonder is dat hiervan voor het eerst een recht­streek­se TV- en radiouitzending plaatsvindt en hierop kan men b.v. zien dat pas na lange en felle diskussies de econoom István Stadinger [Keszthely, 1927], voorzitter van de parlementscomm. voor bouw en verkeer, de énige kandidaat] tot parlementsvoorzitter wordt gekozen met 220 stemmen tegen 129, maar hij vindt -vol ironie- dat "een 63 % meerderheid in vele landen een geweldig sukses is"!…….. Kálmán Kulcsár [Erdőtelek, 1923 - Budapest, 2010], een progressieve socioloog en jurist met veel ervaring, o.a. aan enkele universiteiten en in de USA, lid der MTA, wordt minister van justitie als opvolger van Imre Markója, die 10 jaar minister was, en hij onderscheidt zich weldra vooral met wetsontwerpen die de bedoeling hebben om van Hongarije een moderne en vooral demokratische rechtsstaat te maken!...
Opvallend is verder de keuze van prof. dr. Brunó Straub, 74, lid der Hong. Academie van Wetenschappen, partijloos, biochemicus, vml. voorz. der Internationale Raad van Wetenschappelijke Verenigingen, en vml. lid van de Raad van bestuur van het Internationaal Bureau voor Atoomenergie in Wenen, tot voorzitter van het presidium [= ceremonieel president] door het parlement met 25 onthoudin­gen en 36 tegenstemmen!
De bekende radikale hervormer Imre Pozsgay wordt nu minister van staat en vice-premier, speciaal voor de betrekkingen van regering en partij met de maatschappelijke organisaties. Hij treedt dan dus af als secr.-gen. van het "Vaderlandse Volksfront" [HNF], en wordt hierin opgevolgd door de socioloog István Huszár.
Pozsgay is hiermee de 2e man geworden en híj wil wel laten weten dat ’de publieke opinie zijn meester is’!  Opvallend hierbij is uiteraard dat de premier zélf een overtuigd communist en marxist-leninist is en blijft en dat hij duidelijk vóór het behoud van de socialistische maatschappijvorm is. Grósz weigert dan ook absoluut een verzwakking van ‘het socialisme’ en al zijn hervormingen zijn bedoeld om dit juist te versterken!
Binnen dit kabinet ligt dus al een tegenstelling verborgen, of beter: die is al enige tijd duidelijk zichtbaar! Vooraanstaande en vaak bekende partijleden en zelfs ministers zoals Pozsgay, Szűrös, Kulcsár, Nyers, Csehák en Medgyessy zijn immers een heel andere mening toegedaan en willen ook het politieke systeem fundamenteel hervormen. Bovendien laat zelfs het parlement al zien dat het, al is het drie jaar geleden op een ondemokratische manier gekozen, toch blijkbaar vrije stemmingen en wèrkelijke debatten toepast, terwijl het maatschappelijke en politieke leven betrekkelijk snel bezig is om zichzelf, n.b. geheel buiten de controle van de partij om, te organiseren én het  geniet al vrijheden die men tot voor kort volkomen onmogelijk achtte…
Hervormers in het Politburo, enz. pleiten nu immers regelmatig voor een véél grotere rol van het parlement, een demokratische rechtsstaat, een consensusmodel en een grotere rol van het publiek bij staatszaken, en Pozsgay maakt duidelijk: "Overal waar een op rituelen gebaseerde monolithische eenheid bestaat, dient deze níet de vooruitgang, maar de macht! Daar wordt discussie tot een demon, die men dan de naam ’vijand’ geeft".
Het budget met een tekort van Ft. 30 mrd wordt door het parlement ook aanvaard met 4 tegenstemmen en 10 onthoudingen en er wordt een petitie met 790 handtekeningen tègen een gevangenisstraf voor dienstweigeraars aangeboden aan de vice-voorzitter van het parlement. Dit parlement wil bovendien veel meer controle op de economische politiek, omdat o.a. de subsidies nog veel te hoog zijn en de inefficiency te groot blijft. Er is kritiek op hogere defensie­lasten en lagere bedragen voor sociale lasten en gezondheidszorg!
De regering kondigt zelfs -geheel in kapitalistische zin- aan, meer steun voor gezonde, winstgevende bedrijven te zullen geven, en sluiting van inefficiënte, onrendabele bedrijven te bevorderen! Er zijn nu 140 joint ventures in Hongarije werkzaam, $ 200 mln is door het Westen geïnvesteerd. Bovendien vragen de vakbonden het parlement om een wet die het stakingrecht regelt en Hongarije zal daarmee het eerste land in Oost-Europa zijn…
Op 30 juni wordt een akkoord over handel en samenwerking tussen Hongarije en de Europese Gemeenschap gesloten, het meest vergaande akkoord ooit want de Hongaarse export kan sterk worden uitgebreid en de import van industriële goederen eveneens; westerse zakenlui krijgen ook veel ruimere toegang tot de Hongaarse markt. Geleidelijk zullen de handelsbeperkingen verdwijnen, en dit is een eerste dergelijk akkoord van de EG met een Comecon-land. De handel van Hongarije met de EG was in 1987 19 % en is snel groeiend. Ook o.a. technologische onderzoek en toerisme zullen sterk worden uitgebreid. Hongarije heeft hiermee, zegt men, een streepje voor bij de EG vanwege het liberale economische beleid… Toch loopt de agrarische export door de dalende prijzen en slechte oogsten wel terug, hoewel ze met $ 650 miljoen aan waarde nog altijd 1/3 van de totale agrarische produktie vormt. Nog altijd is 19 % der bevolking in de landbouw werkzaam, en die levert 18 % van het bruto sociaal produkt.
Nieuw is ook dat de partijleider van Budapest, Ferenc Havasi, 59, in juli -zelfs voor het partijblad "Népszabad­ság" volkomen onverwacht- ontslag neemt, nadat hij in mei uit het Politburo was gewipt en zijn opvolger Mihály Jassó [1936] wordt pas in de 3e ronde gekozen, terwijl de officiële kandidaat Pál Iványi [burgemeester en nieuw Politburolid] níet eens wordt gekozen!
Behalve van de goede betrekkingen met het westen kan Hongarije echter ook van die met Moskou nu wel iets goeds verwachten! Wanneer premier en partijleider Grósz begin juli Moskou bezoekt overlegt hij dan ook over verdere economi­sche samenwer­king, en men zegt dat ”de betrekkingen tussen de Hongaarse en Sovjet-partij beter zijn dan ooit". Beide leiders, Michail Gorbačov en Károly Grósz zijn immers vóór een scheiding van partij en staat, en vooral vóór verregaande hervormingen en meer openheid. Grósz kan daarom later zelfs tegen de "New York Times" zeggen dat Gorbatsjov zéér gecharmeerd is van de hervormingen in Hongarije. "Politieke demokratisering is een voorwaarde voor economische dynamiek", aldus Grósz, "en Gorbačov denkt er ook zo over". Steeds meer berichten komen er nu zelfs over een terugtrekking van de ± 65.000 man Sovjettroepen uit Hongarije "in de nabije toekomst" want dát zou immers de uitdrukking zijn van het vertrouwen van Gorbačov in de hervormingen in Hongarije!
Grósz bepleit nu een 'socialistische rechtsstaat' [wát dat ook moge betekenen!] “waar alles is toegestaan wat niet volgens de wet is verboden” en dat is eigenlijk volgens de westerse opvattingen! Maar een terugtrekking van sovjettroepen zou ook van de Amerikanen iets dergelijks vragen, vinden velen, en in Moskou wordt al gedacht, b.v. door premier Ryžkov, aan terugtrekking van zowel Amerikanen als Russen vóór het jaar 2000, terwijl anderen in Moskou alles in het kader van een algemeen akkoord tussen oost en west willen realiseren. Ook de partijconferentie in Moskou zorgt in Hongarije voor enthousiasme en men voelt zich opnieuw gesteund want "Moskou geeft aan Hongarije het groene licht voor hervormingen", zo wordt gezegd en Grósz geeft zelfs toe dat Gorbatsjov hem in Moskou heeft toevertrouwd zèlf inspiratie te putten uit de hervormingen in Hongarije! ….
Tezelfder tijd vindt ook een Comecon-top plaats in Praag, waar de USSR, Hongarije, Polen en de ČSSR aandringen op convertibiliteit van de munten onderling, op marktelementen, integra­tie, modernisering, enz. maar Hongarije is het enige land waarvan de munt een reële waarde heeft en er worden -alleen al door tegenwerking van o.a. Roemenië- weer geen besluiten genomen! Wel wordt kritiek geleverd op o.a. de logge burokratie, de slechte kwaliteit van goederen en de enorme staatssubsidies, maar dat is een oud verhaal! Bovendien wil Roemenië geen economische integratie en tekent het slotcommuniqué niet eens! De problemen tussen Hongarije en Roemenië laat de sovjet-premier ook maar over aan die landen zelf en men neemt geen enkel besluit tot supranationale instellingen….
Het is dus de vraag of er in Oost-Europa wérkelijk iets verandert want op een top van Oost-Europese partijleiders in Warschau besluit men volgens Grósz tot instelling van een speciale commissie voor humanitaire vraagstukken, b.v. nationale minderheden, maar officieel zegt men hierover niets en Grósz verklaart in Warschau ook alleen enkele beleefde woorden met Ceauşescu te hebben gewisseld. Het échte nieuws is veel meer dat de Hongaarse partijleider in juli voor het eerst naar Amerika en Canada gaan en hij is dan de eerste Oost-Europese partijleider die na Ceauşescu in 1978 de USA bezoekt! Tevoren bezoekt de nieuwe Hongaarse 74-jarige ’president’ Straub, al een wetenschap-pelijke conferentie in Amerika en benadrukt hier de wil van Hongarije tot verdere culturele en wetenschappelijke samenwerking met het Westen……..

top

Al deze ‘hervormingen’ hebben ook hun uitwerking in de kerken, die immers zovele jaren onder grote druk leefden. Zo verklaart bisschop József Cserháti van Pécs dat ook in de r.-katholieke kerk diepgaande hervor­mingen vanuit de basis nodig zijn en hij uit ook zelfkritiek. Hij vindt de vroegere pogingen om de godsdienst af te schaffen een blunder, en vindt samenwerking van kerk en staat nu onontkoombaar! Maar Cserháti vindt en vond het onjuist om het marxisme alleen maar te veroordelen want ”het heeft ook positieve dingen tot stand gebracht”.
Wel heeft de kerk altijd op te komen voor rechten en vrijheden van mensen, maar een dialoog tussen christenen en anderen is nodig en godsdienstige mensen moeten bereid zijn om zelfkritiek te oefenen en verzoening en consensus na te streven. Vele jaren ervoer men dat de socialistische maatschappij nogal anti-religieus was, godsdienstige waarden ontkende, van bovenaf alles dikteerde, en een eenzijdige machtspo­litiek bedreef, maar nu zijn er leken als krachtdadige mensen nodig! De kerk is nog feodaal, aldus de progressieve bisschop Cserháti: Ze is immers afhankelijk van de opbrengst van kerkbelasting, en ze is niet sociaal maar vrij conservatief en gericht op persoonlijke vroomheid. ’In Hongarije bleven de klerikale opvattingen van vóór het Concilie van 1963 in vele opzichten bestaan’, aldus bisschop Cserháti.
Een collega van hem, bisschop Gyulay van Szeged-Csanád, pleit in juli zelfs voor het eerst voor rehabilitatie van alle kerkleiders die onder het stalinistische regime zijn vervolgd en veroordeeld, en de huidige leiders moeten zich in het openbaar erover uitspreken, aldus Gyulay. Ze moeten ook maar eens zeggen of ze de kerk wèrkelijk nodig hebben, want dát kan pas bijdragen aan het helen van de wonden die de kerk zijn toegebracht tijdens haar martelaarschap en pas dán weten we ook of het soms toch alleen om taktische manoeuvres gaat. Gyulay wil ook praktische maatregelen t.b.v. de vrijheid van de kerk, maar hij wordt prompt scherp bekritiseerd door Imre Miklós, hoofd van het bureau voor godsdienstzaken, want "positieve ontwikkelingen in de betrekkingen tussen kerk en staat mogen niet worden belemmerd door bepaalde kerkelijke personen die mede uit onervarenheid, gebrek aan informatie en streven naar populariteit [!] een wig proberen te drijven tussen kerk en staat", aldus Miklós op de receptie in Esztergom t.g.v. de benoeming van aartsbisschop Paskai tot kardi­naal….. Bisschop Endre Gyulay is hier dan ook níet aanwezig!
Maar ook kardinaal Paskai heeft al hoge verwachtingen: hij verwacht een nieuwe wet met voor álle kerken gelijke rechten en volledige vrijheid want de tijd van discriminatie van gelovigen is voorbij en de kerken hebben meer armslag nodig voor de uitoefening van hun funkties en hij vindt dat confessio­nele [kerkelijke] verenigingen ook weer mogelijk moeten zijn. En de Hongaarse katholieke primaat is terecht optimistisch want het blijk dat de kerk in dit land al weer een centrale plaats inneemt!....Op zaterdag 20 augustus 1988, de feestdag van de eerste christelij­ke en heilige koning van Hongarije, Szent István I, die Hongarije tot het christelijk geloof bracht, en die 950 jaar eerder, in 1038, stierf, wordt de paus door kardinaal Paskai, n.b. mede namens de staat [!] uitgeno­digd om Hongarije te bezoeken en na Polen zou Hongarije dan het 2e land van Oost-Europa zijn waar dat mogelijk is. Op deze dag vindt er een grootscheepse viering van "Szent István napja": de eeuwenoude herdenking van de eerste koning en de stichter van de staat, plaats! 100.000 mensen zijn aanwezig in en bij de Szent István bazilika [de hoofdkerk] in Budapest waar de kardinaal en aartsbisschop van Esztergom, László Paskai, de koning óók na 950 jaar prijst om zijn tolerantie en rechtvaardigheid. Hongarije wordt [opnieuw] aan Maria opgedragen als "Patrona Hungariae" en zijn relikwie, de Heilige Rechterhand [a szent jobb] is na een rondreis langs alle bisschopssteden nu weer in Esztergom. Ook waren er het hele jaar door al talloze conferen­ties, symposia, plechtigheden enz. t.g.v. de 950e sterfdag van Szent István. Zie ook hoofdstuk 16.3.
Op deze eeuwenoude nationale feestdag besteedt men m.a.w. méér dan ooit sinds het einde van de oorlog aandacht aan deze koning die immers de basis legde voor de Hongaarse staat. In Kalocsa wordt een beeld van Szent István onthuld, en prof. Iván T. Berend, historicus en voorz. der Hongaarse Academie van Wetenschappen, houdt een rede over de huidige betekenis van de koning. In Székesfehérvár houdt ’presídent’ Straub een rede, in Ópusztaszer houdt de partij-ideoloog Berecz een rede en in Pécsvárad doet Pozsgay dat. Tegelijk verklaart bisschop Cserháti van Pécs dat belangrijke en grote veranderingen in het beleid t.o.v. de kerken op komst zijn, zoals voor het godsdienstonderwijs. Het r.k. weekblad Új Ember [De Nieuwe Mens] moet, vindt hij, voortaan 150.000 exemplaren kunnen laten drukken, i.pl.v. tot nu tot slechts 50.000. Cserháti verwacht ook dat de kerk op korte termijn volledig vrij zal worden!
Maar zelfs de propagandachef van de Hongaarse partij Andics, verklaarde al in juli dat de kerken meer ruimte moeten krijgen om hun aktiviteiten te kunnen ontplooien; ”de kerken kunnen partner van de staat zijn, en hebben een plaats bij de opbouw van de socialistische maatschappij”, aldus Andics die zelfs erkent dat er sprake is van een religieuze herople­ving. Voor het eerst maakt men in juli zelfs officieel bekend dat nog steeds 62 % der baby’s wordt gedoopt, dat 80 % een kerkelijke begrafenis krijgt en dat nog altijd 35 % der huwelijken kerkelijk wordt bevestigd!
Op deze feestdag worden dus, zoals gebruikelijk, redevoeringen gehouden door allerlei politici op verschillende plaatsen en Mátyás Szűrös verklaart b.v. nog eens dat Roemenië misdaden tegen de menselijkheid pleegt …… Voor de Roemeense ambassade in Budapest wordt intussen twee weken lang een demonstratie gehouden als protest tègen het beleid van de afbraak van duizenden dorpen t.b.v. “agro-industriële complexen”. Opmerkelijk is overigens ’de volledige en hartelijke steun’ die de DDR geeft aan de Roemeense diktator! Maar ook Grósz biedt aan om naar Roemenië te komen voor overleg met de Roemeense leider…..
Naast de r.k. kerk hebben nu ook de protestantse kerken hun wensen want zij willen hun vroegere middelbare scholen [gymnasia] terug en o.a. de theologische hogeschool in Sárospatak. Wel behoren de tien overgebleven kerkelijke middelbare scholen in Hongarije al vele jaren tot de allerbeste van het land, maar men wil nu van de gelegenheid gebruik maken en meer kerkelijke scholen stichten, eventueel met buitenlandse financiële hulp, aldus verklaart b.v. de hervormde bisschop Károly Tóth en ook zijn collega Kürthy vindt dit moment ervoor gunstig.
Eind augustus biedt Grósz de kerken inderdaad al veel meer vrijheid aan, want "alleen een kerk die in staat is om haar werk goed te doen, kan bijdragen aan de verwerkelijking van de maatschappelijke doeleinden", aldus de partijlei­der in een brief aan kardinaal Paskai. Er zou een protocol moeten komen, als een soort akkoord tussen de kerken en de staat. Nu zullen ook de kerkenbouw, de import van geschenken, benoemingen, orden, pastoraal werk in ziekenhuizen, media, enz. veel meer vrij worden.
Al eerder is vermeld dat de joodse gemeenten naar schatting 80 à 100.000 leden hebben, die vooral in Budapest wonen. Ook hier is sprake van zeer levendige gemeenten en er zijn 22 synagogen in funktie. Van 22 tot 25 juli bezoekt een Hongaarse delegatie o.l.v. István Szabó [lid Politburo] zelfs Israël en hij overlegt hier over het herstel der diplomatieke betrekkingen, economie en handel, toerisme, cultuur, uitwisselingen en een direkte luchtverbinding Budapest-Tel Aviv want in 1987 bezochten n.l. al 60.000 Israëliërs [vooral van afkomst Hongaarse Joden] Hongarije en in Israël wonen naar schatting nog altijd ± 250.000 vml. Hongaarse Joden…….
Van groot belang voor het hele land is nu de zitting van het CC der partij van 13/14 juli over m.n. economische hervormingen, die voor het eerst voor een groot deel openbaar [via een radio- en TV-verslag] wordt gehouden. Voortaan zal men zelfs alle voorstellen, debatten en onder­werpen openbaar maken, maar de toon is somber!! Er zijn echter grondige voorbereidingen getroffen en het resultaat is: twee alternatieve economische plannen en twee wetsvoorstellen t.b.v. bedrijven en verenigingen, die beide 1e. véél meer vrijheid zullen geven, voor 1989. 
De somberheid blijkt al bij de openingsrede van Miklós Németh, de secr. van het CC der partij voor economische zaken, die heel concreet verklaart: “Onze hulpbronnen schieten te kort, er is sprake van overcentralisatie in veel sektoren van de economie, de reserves zijn bijna uitgeput, de produktiestruktuur is verouderd,  de levensstandaard stagneert sinds enige tijd en we zijn niet in staat aansluitng te vinden met de belangrijkste trends op de wereldmarkt”. Bij de enorme buitenlandse schuld van 35 miljard gld. komt ook nog eens de steeds bredere kloof met het westen en de noodzaak van buitenlandse [westerse!] kredieten, en daarom wil Németh “een èchte markt voor produkten, geld en arbeid en concurrentie bij de kapitaal- en goederenimport en het wegnemen van onnodige belammeringen voor bedrijven”. Iedere vertraging bij het ten uitvoer brengen van de [weinig populaire maar] noodzakelijke hervormingen zal het vertrouwen van het Hongaarse volk in de leiding dan ook uithollen, aldus de 39-jarige Németh die verder laat weten dat een gebrek aan vastberadenheid zéker zal leiden tot een verdere uitholling van morele, culturele en gezins-waarden en tot een uitblijven van een dringend nodige consensus! [o.a. NRC/Hbl. 14 juli 1988]. 
Meest opzienbarend is dat de partijleiding besluit om radikale hervormingen door te voeren, een voorstel dat met slechts drie van de 108 stemmen tegen en één onthouding, werd aanvaard en hiermee zijn de gematigde voorstellen van tafel geveegd! Alle subsidies aan noodlijdende bedrijven worden stopgezet en alleen gezonde staatsbedrijven en coöperaties krijgen de kans zich verder te ontwikkelen. De direkties krijgen veel grote handelingsvrijheid en moeten zich op de markt gaan richten, terwijl de kans bestaat dat er over enkele jaren 100.000 werklozen zullen zijn!

top

Ook de inflatie zal tot boven de 15 % kunnen stijgen en de reële inkomens zullen dalen. Dat zal dus sociale onrust en spanning betekenen! Toch verklaart zelfs de conservatieve Berecz dat de partij dit gevaart wel onderkent, maar toch dit risiko wil nemen en zelfs verklaart Miklós Németh dat de hervormingen níet zullen leiden tot een herstel van het kapitalisme, hoewel hij niet kan verklaren welke vorm van socialisme dan voor Hongarije nog overblijft….. 
Kleine particuliere ondernemingen zullen een belangrijk aandeel in de economie krijgen en Hongarije zal definitie afstand doen van het stalinistische model, aldus Németh. [Trouw, 15 juli 1988]. “We proberen de socialistische markteconomie uit, omdat alle andere vormen, combinaties, enz. van de socialistische theorie hebben gefaald”, aldus de realistische Németh, maar het zal nog moeten blijken in hoeverre er van nu af een betere ‘socialistische’ maatschappij kan worden geschapen…..
Immers, na het uitwerken van de aanvaarde voorstellen, is het nú al vrijwel zeker dat particulier, collectief èn staatsbezit gelijkwaardig zullen zijn volgens het marktmechanisme en dat er voor onofficiële en spontane groeperingen in de herfst van 1988 een wet op vrijheid van vereniging zal komen! De rol van de partij zal zéker veel kleiner worden en het aantal funkties waarvoor toestemming van de partij nodig is wordt nú al met bijna 2/3 teruggebracht……. Het ‘gematigde’ voorstel, dat een voorzichtige aanpassing aan de wereldeconomie en daarmee minder werklozen voorspelde is dus volstrekt afgewezen, en dat is al bijzonder opvallend. Dit nieuwe beleid, in de geest van de pragmaticus Grósz, wordt nu, samengevat, “het socialistische pluralisme” genoemd, maar de premier en partijleider wil óók een grote openheid en hij gaat ervan uit dat de dan goed ingelichte bevolking zijn weinig populaire bezuinigingsvoorstellen zal accepteren…
Van belang is ook een pleidooi van de secr. van het CC voor herziening van de rechtsregels, György Fejti [1946] voor de andersdenkenden in het land, want die moeten volgens hem níet onmiddellijk worden weggezet als ‘dissidenten’: het zijn vooral intellektuelen en andere kritici van de defecten van het socialisme. Zolang zij de positie van de partij en de vriendschap met de Sovjet-Unie niet proberen te ondergraven moet je hen alleen zien als mensen met een afwijkend standpunt, aldus Fejti. “Wat we van deze nieuwe wet verwachten is een versterking van de soevereiniteit van de burgers en een open debat over uiteenlopende belangen en meningen. We moeten uitstijgen boven de situatie waarin zaken zijn toegestaan of verboden”, en in de toekomst zal alleen de wet gelden en men kan dan altijd een verbod via de rechter kunnen aanvechten, aldus György Fejti, die hiermee toch eigenlijk laat merken van de grondslag van het hele communistische systeem absoluut níets meer in stand te willen houden!..... 
De samenleving wordt volgens hem n.l. niet bedreigd door door spontane initiatieven vanuit de burgerij, maar juist door het gebrek daaraan, door passiviteit en onverschilligheid! Merkwaardig is in dit verband nog dat juist de partij-ideoloog János Berecz, die weldra n.b. geldt als “conservatief” en wiens leven geheel in het teken van partijwerk, scholing en dogma’s stond, nú vindt dat hij de eerste onafhankelijke vakbond sinds ruim veertig jaar in Hongarije,  “zal kunnen tolereren en zelfs kan steunen”……[NRC/Hbl. 15 juli 1988]. Voortaan zullen ook standpunten van de minderheid bekend worden gemaakt en de verschillende meningen én de personen die die standpunten innemen zullen worden vermeld! Ook zullen demonstraties zijn toegestaan, mits geweldloos en niet tegen de wet, want alternatieve organisaties zijn al als paddestoelen uit de grond gescho­ten! Het is dus wel zeker dat het resultaat van dit partijberaad voor een economische en politieke doorbraak zal zorgen! Opvallend is echter nog steeds dat niet het parlement maar de partij het beleid tenslotte bepaalt, maar ook daaraan zal zeker een eind komen!.....
De bevolking voelt overigens al snel dat de plannen inderdaad worden gerealiseerd want begin juli zijn de prijzen van bier en sigaretten al scherp verhoogd om de subsidies op medicijnen en een hogere kinderbijslag te kunnen financieren en op 19 juli wordt de prijs van energie verhoogd en de forint wordt gedevalueerd met 6 %. Prompt is de vakbondsfederatie [SZOT] hierdoor geschokt en dringt bij het parlement aan op een wet die stakings­recht mogelijk maakt, maar Hongarije zou daarmee het eerste land in Oost-Europa zijn waar dit mogelijk is! Men is ook teleurgesteld want de vakbonden zouden steeds worden geraadpleegd bij prijsverhogingen, maar dat gebeurt dus niet! Hierna wordt een zeer kritische brief van de SZOT aan de regering openbaar gemaakt en het blijkt al weer dat de vakbonden zéker niet meer aan de leiband van de partij of de staat lopen.... Grote moeilijkheden doen zich ook op ander terrein voor want intussen hebben veel meer dan 10.000 mensen hun vergunning voor een nieuw bedrijf al teruggegeven omdat ze n.l. veel te veel belasting moeten betalen op winsten waarbij men moet bedenken dat 20.000 nieuwe ondernemers -vooral in de dienstensektor- een dergelijke vergunning hebben aangevraagd en gekregen.
Toch vormt dit nog maar een begin van de geweldige economische omschakeling die het land de komende tijd nog zal meemaken want per 1 januari 1989 zal b.v. in Budapest een effectenbeurs worden geopend terwlijk er al een markt voor obligaties en schatkistpa­pieren bestaat: Op ál deze terreinen is Hongarije het eerste land in Oost-Europa en het land zal voor buitenlandse beleggers veel aantrekkelijker worden door belastingvoordelen: voor bedrijven met meer dan 30 % buitenlands kapitaal geldt zelfs een tarief van 60 % belastingvrij­stelling!
Ondanks alles gaan de hervormingen wèl door, hoewel de vakbondsfederatie SZOT bang is voor achteruitgang van de situatie voor zeer veel mensen, en daarom maatregelen wil voor laagstbetaalden, financiële compensaties voor ouderen, jonge gezinnen, enz. Het blijkt hierbij duidelijk dat de vakbonden zich steeds meer onafhankelijk van de partij opstellen en met steeds meer kritiek op de regering komen.
Verder komen zaken aan de orde als: een nieuwe kieswet, het invoeren van de rechtsstaat en de onafhankelijke rechtspraak, het afschaffen van dekreten, enz. In Hongarije is -als eerste land in Oost-Europa- kortom in korte tijd de hele zaak omgekeerd: vroeger was alles verboden wat niet was toegestaan, nu mag alles wat niet echt is verboden! Ook kranten mogen worden opgericht en schrijven wat ze willen, mits men "niet tegen de [grond-] wet ingaat". Sommigen zijn dan ook voor een geheel nieuwe grondwet, terwijl anderen de bestaande willen veranderen, maar in augustus 1988 worden enkele parlementaire commissies ingesteld die voorstellen moeten uitwerken en wetsartikelen moeten voorbereiden, zodat het parlement de échte, vrij gekozen volksvertegenwoordiging wordt………
Zelfs de ooit bijna verplichte "Communistische Jeugdbond" [KISZ] is niet meer wat het vele jaren wás want ze klaagt nu n.b. over bevoogding door de partij: van bovenaf wordt immers van alles geregeld voor de jeugd en sommigen verwachten al een volledige desintegratie van de KISZ, nu andere onafhankelijke clubs, verenigingen enz. mogelijk zijn. De KISZ heeft immers al jaren weinig spectaculairs meer te bieden en het jeugdbeleid van de partij “is een ramp”! Ook ‘de Hongaarse jeugd’ is immers verslaafd aan de TV, heeft veel te weinig beweging, eet slecht, rookt teveel, drinkt al veel, interesseert zich voor niets; de huisvesting is belabberd, vooruitzichten op een goede baan die bij de opleiding en studie aansluit is er onvoldoen­de, enz. enz. Bovendien bekommeren vele volwassenen [ouders] zich niet om jongelui want ze hebben méér dan genoeg aan hun eigen moeilijkheden: armoede, echtscheidingen, dronkenschap, lange werktijden, inflatie, woningnood en binnen de partij krijgt de jeugd ook onvoldoende aandacht want men neemt de KISZ niet eens serieus, aldus de inderdaad reële klachten…..
Bij vele van de genoemde misstanden neemt Hongarije immers helaas een prominente plaats in. Hier verbruiken de 10 miljoen mensen in 1987 samen o.a. 26 miljard sigaretten, 70 ton tabak en 15 miljard sigaren en er is dus sprake van een verslaving [óók aan alkohol!] op grote schaal! Ook het drugsverbruik neemt toe!
Enkele cijfers die een iets gunstiger beeld geven, zoals een 20 % hogere export [m.n. van levensmiddelen] en een rekordoogst in de eerste helft van 1988 evenals een geringe stijging van het toerisme doen er dan niet zoveel toe, want de industriële produktie stijgt nauwelijks en de handel en investeringen beleven slechts een geringe groei! Toch blijft er hoop want b.v. de invloedrijke en intussen ook in het buitenland wel bekende János Fekete [Budapest, 1918 – okt. 2009], vice-president der Hongaarse Nationale Bank, denkt dat de internationale geldmarkt nog steeds vertrouwen heeft in Hongarije: ze geeft immers nog steeds krediet en dan is van een echte crisis geen sprake. Dit land komt ook z'n verplichtingen tegenover krediteurs nog steeds na, en moet in 1988 $ 2,5 mrd opnemen. 40 % der export dient nu voor het betalen van de rente der schulden! Toch heeft Hongarije $ 16,7 mrd schulden en dat is het hoogste bedrag van héél Europa!
Er doet zich zelfs nog een hongerstaking met politieke redenen voor want van 19 tot 27 juli gaan zeven 'dissidenten' in hongerstaking omdat men hen -vanwege een strafblad- geen paspoort wil geven en één van hen, de bekende Ferenc Kőszeg vindt dit inkonsekwent, een geval van willekeur. De staking valt overigens met opzet samen met het begin van het bezoek van Grósz aan Amerika want men wil aantonen dat Hongarije niet zo liberaal is als het vaak lijkt, en dat er nog wel smetten vallen op de mensenrechten! Kőszeg laat dan ook weten: ”Er zitten nog heel wat dogmatische krachten hier, die wraak op ons willen nemen, maar we hebben het publiek bereikt: zelfs de pers besteedde aandacht aan de hongerstaking, en laat n.b. voor 't eerst 'dissidenten' aan het woord!”...

Er komen 1988-'89 steeds meer demonstraties van de milieu- beweging.

top

Dat heeft ook te maken met het feit dat de hongerstakers intellektuelen, uitgevers enz. zijn van enkele 'illegale' bladen, maar Grósz wil de zaak van deze hongerstakers ”van geval tot geval bekijken". Kőszeg zijn vrienden zijn n.l. vóór een algemene amnestie en de rehabilitatie voor veteranen van de Opstand van 1956, en die “opstand” geldt voor veel partijleden toch nog altijd als een verwerpelijke contrarevolutie!.....
Een andere zaak is dat de politie volgens de dissidenten in de 1e helft van 1988 nog altijd weigert om aan bijna 4.000 [blijkbaar verdachte] mensen een paspoort te verstrekken, terwijl 1,5 miljoen mensen wèl een nieuw paspoort kregen. Köszeg en de zijnen trekken dan ook de conclusie dat ”ze toch nog doorgaan met mensen angst aan te jagen, en hen vaag in te lichten!” Er moet volgens hem juridisch dus beroep bij een rechtbank mogelijk worden tegen dergelijke willekeurige beslissingen van de politie!...
Maar het spreekt natuurlijk vanzelf dat het bezoek van de Hongaarse premier en partijleider, Károly Grósz, aan de Verenigde Staten van Amerika veel meer aandacht trekt! Van 27 juli tot 5 aug. 1988 bezoekt -na 42 jaar- n.l. een Hongaarse premier [en voor het eerst ’n partijleider] Amerika en Canada en de meeste aandacht gaat uit naar enkele zaken die Grósz aansnijdt b.v. n.a.v. vragen van Amerikaanse Hongaren, vroegere vluchtelingen, emigranten, enz. Hij zegt o.a. dat Hongarije Rusland niet heeft gevraagd of het zijn troepen terug wil trek­ken. Toch lijkt hij optimistisch want hij erkent dat “we alleen kunnen slagen als de burgers meer rechten en vrijheden genieten”. Het bezoek is dan ook van bijzonder belang want de Hongaarse premier spreekt b.v. met bankiers, bisschoppen, politici en met Hongaarse emigranten [van na 1956!!] in Noord-Amerika. Contracten worden getekend over toerisme, cultuur, handel, enz., en president Reagan verklaart o.a.: ”Het is bemoedigend dat u erkent dat er naast economische ook politieke hervormingen moeten komen”. Grósz spreekt verder met allerlei belangrijke politici, zoals Shultz, Bush en Kissinger, maar hij zegt dat er [nog] geen meerpartijenstelsel in Hongarije komt want "het is nu niet aktueel, maar het is misschien op den duur wel mogelijk". Ook snijdt hij wel andere kwesties aan en laat weten: "Imre Nagy kan op verzoek van de familie herbegraven worden, maar van een politieke rehabilitatie kan geen sprake zijn". De premier en partijleider spreekt verder ook anti-communistische Hongaarse emigranten en vroegere vluchtelingen die hem wijzen op b.v. de mensenrechten, ze praten over de gevolgen van de opstand van 1956, enz. en Grósz zegt dan dat hij 'het leed wil verzachten', en verzoening wenst te brengen. "1956 is nu uitgewist", aldus Grósz, maar ”het was wèl een contra-revolutie”...  Het bezoek geldt wel als een groot sukses, was spectaculair en vormt een historisch keerpunt. Het wordt zeer positief beoordeeld, en van Amerika krijgt Hongarije al $ 300 à 350 mln per jaar kredieten. Er is nu zelfs sprake van de oprichting van een 4e pretpark van "Disney­land" in Hongarije!....
Toch hebben sommigen de indruk dat Grósz kennelijk in Amerika onder een zekere druk van èchte opponenten van het communistische regime [van in 1956 gevluchte ex-Hongaren b.v.] tot allerlei uitspraken en beloften komt die hij eigenlijk niet bedoelde, en eerder in eigen land nooit deed!! In de USA wonen, zegt men nog maar eens, 700.000 à 1 miljoen Hongaren van origine en Grósz kondigt nu b.v. in Amerika prompt aan dat de wet op paspoorten zal worden gewijzigd, zodat mensen met een strafblad [wegens overtreding van politieke wetten!] ook een pas kunnen krijgen.
Dat zou eindelijk een rehabili­tatie van deelnemers aan de Opstand van 1956 betekenen!! Bovendien komt Grósz hiermee tegemoet aan Kőszeg en de andere hongerstakers, die dus sukses lijken te hebben want de regering zal nagaan of mensen vanwege hun rol in 1956 een paspoort kan worden geweigerd! 
De premier bevestigt in Amerika ook dat de Russen Hongarije enz. pas zullen verlaten binnen een Europees kader, een soort veiligheidspakt, wanneer de Amerikanen er iets tegenover stellen, en West-Europa verlaten. Dat wordt nog eens bevestigd door min.v.defensie Kárpáti die wèl benadrukt dat Hongarije veel belang heeft bij een détente in Europa. De Hongaarse leider bezoekt na z’n verblijf in de VS van 28 tot 30 juli ook Canada, en overlegt ook hier met politici en onderne­mers.
Éénmaal thuis, terug in Hongarije, komen er al snel [begin augustus] voorstellen voor een wet die het mogelijk maakt dat geëxecuteerde leiders van de Opstand van 1956 opnieuw worden begraven, aldus het blad Ötlet [Idee] want tot 1979 moesten terechtgestelde Hongaren anoniem worden begraven en dat gebeurde zonder terugwerkende kracht. Wel houdt Grósz nog vast aan de officiële opvatting over 1956 als een contrarevolutie maar hij wil nu toch wel na laten gaan “hoe het destijds zover heeft kunnen komen”….. Op 7 augustus maakt min.v.binnenl.z. István Horváth  inderdaad bekend dat aktieve deelnemers van de Opstand van 1956 niet meer zullen worden gediscrimineerd, want "dissidenten en nonconformisten zijn géén vijanden van het bewind"… Voor 400 mensen die nog altijd worden gediscrimineerd [m.b.t. een paspoort en werk] zal er rehabilita­tie komen, en min.v.just. Kálmán Kulcsár zal met een wet komen voor een 'algemeen pardon' voor 'de misdaden' [het deelnemen aan de opstand!] van 1956. De kwestie van dienstweigeraars, die al vele jaren loopt, komt nu ook tot een einde want vanaf 1989 zal vervangende dienstplicht, bij sociale zaken, gezondheid en economische projekten, mogelijk worden en "deze burgerdienst zal niet het karakter van straf krijgen", aldus wordt gezegd. Na Polen wordt Hongarije aldus het 2e land in Oost-Europa waar iets dergelijks mogelijk wordt.
Steeds luider worden intussen de protesten in Hongarije tegen de bouw van het stuwdammencom­plex in de Donau bij Bős/Gabčíkovo en Nagymaros en op 15 juli wilde de regering zelfs aan een Amerikaans bureau advies vragen over de gevolgen voor het milieu van de verdere bouw van de Donaudammen en intussen diende de al eerder genoemde Zoltán Király in het parlement het voorstel in om de werkzaamheden op te schorten en buitenlandse  experts de zaak te laten onderzoeken en de milieubeweging wordt in Hongarije steeds sterker!
Onder andere naar aanleiding hiervan, maar ook omdat men in de officiële jeugdbond allang niets [meer] ziet, is op 30 maart 1988 de al eerder genoemde politieke beweging Fidesz, "Fiatal Demokraták Szövetsége" [Bond van Jonge Demokraten], door 37 jonge intellektuelen, studenten van het Bibó István-vakcollege in Budapest onstaan en deze Fidesz wordt in augustus officieel opgericht door een vriendenclub, een aantal rebelse, ambitieuze en slimme juridische studenten van de ELTE, de universiteit van Budapest, die vooral vrolijk, vlot, een beetje brutaal, extravert en vlegelachtig willen zijn, en aan hun lange haren en ongeschoren kin, de sportschoenen en spijkerbroek, zijn te herkennen, zoals b.v. de 25-jarige jurist Viktor Orbán [Alcsútdoboz, 31 mei 1963 en vanaf 1977 in Székesfehérvár wonend]. Nadrukkelijk willen zij een vrolijke, extraverte, moderne, liberale, nonconformistische of libertijnse jongerenpartij zijn voor maximaal 35-jarigen. [o.a. Trouw, 30 mei 1998, Süddeutsche Zeitung, 26 mei 1998, Der Spiegel, no. 23, 1 juni 1998]. Zij weigeren dan ook om “voor die arrogante schrijverskwasten [van de liberale SZDSZ], die oude rotten van de intellektuele oppositie, krantjes te gaan stencillen”. De ambitieuze Viktor Orbán laat zich dan overigens al kennen als níet zo speels en hippie-achtig als de anderen van het eerste uur.’Hij was politieker, doelbewuster, minder aardig. Hij hield van het spreekgestoelte, speelde graag de baas en kón het ook’. [Wera de Lange, Trouw, 30 mei 1998].  
Hongarije is dan ook in feite praktisch een vrijwel vrij land geworden waar zeer veel kan worden gepubliceerd en waar van de staat onafhankelijke organisaties, partijen en verenigingen kunnen worden opgericht, hoewel nog zal blijken dat de overheid, en met name de nog regerende maar sterk verdeelde ‘socialistische arbeiderspartij’, nu en dan haar waarschuwende vinger opheft en probeert nog iets te redden van wat haar eens zo heilig was…. Het blijkt echter óók voortdurend dat de maatschappelijke ontwikkelingen al véél verder zijn dan zelfs heel wat politici en ook sommige ministers en andere leidinggevende figuren nog denken. De snelle stap naar de moderne tijd, de nieuwe openheid en de grote mate van vrijheid kan blijkbaar lang niet iedereen maken en de waarschuwingen, de voorzichtigheid, de angst voor het verlies van de oude zekerheden én voor de ongewisse toekomst, de economische crisis, de angst voor werkloosheid en inflatie, zelfs voor anarchie blijken nog bijzonder groot.
Toch probeert de partij naar buiten toe nog een soort eenheid te bewaren, hoewel de principiële onenigheid allang voor iedereen duidelijk is! Het zal namelijk óók in Hongarije weldra blijken dat ‘het socialisme’ onverenigbaar is met een ‘civil society’ en met de burgerlijke vrijheden zoals men die in West-Europa kent, waarbij vooral het welvarende Oostenrijk en West-Duitsland maar ook Italië voor ‘de Hongaren’ als de bekende voorbeelden gelden. Maar er kan in dit land nu nog veel meer dan ‘vroeger’ toen het al gold als de vrolijkste barak van het oosten!
Er kan nu, juli 1988, b.v. een wetenschappelijk werk en een roman over het leven van Béla Kun, de leider van de communistische radenrepubliek van 1919, die in de gulag van Stalin z’n einde vond, worden gepubliceerd van József Lengyel, die dat al in 1962 heeft geschreven. Tot dusver was dat riskant, want het stalinisme wordt vernietigend beschreven en de diktatuur wordt scherp gehekeld. Formeel rekende de partij dan wel in 1962 af met Rákosi enz. maar voorzichtigheid bleef onder Kádár altijd geboden!……..
In dezelfde maand, op 13 juli 1988, kan zelfs Otto von Habsburg [*20 nov. 1912], de oudste zoon van de laatste Hongaarse koning Károly IV [= keizer Karl I], die nog altijd goed Hongaars spreekt, voor het eerst na bijna zeventig jaren voor een kort bezoek weer naar Budapest komen en hij wordt er zelfs toegejuicht.
Ook voor het eerst komt er in Hongarije, door samenwerking met een West-Duitse firma, een seksblad met softporno, "Sexpress", op de markt, terwijl nota bene veel kranten hun oplagen moeten beperken vanwege de geringere invoer van krantenpapier uit de Sovjet-Unie, ten gevolgen van de zo geroemde peres­trojka!.... Eveneens komt Axel Springer in september met een eerste boulevardweek­blad, "Reform" op de markt in Hongarije en men begint maar met een oplage van 100.000 exemplaren voor de geringe prijs van Ft. 29,- p.st. 
Dat Hongarije nu de aandacht van velen in het westen trekt wordt zelfs duidelijk in de cijfers van het toerisme: in de 1e helft van 1988 steeg het aantal toeristen uit het westen met 22 % tot 3,3 miljoen zodat zij nu 51 % van het totaal aantal, méér dan de helft van de toeristen uitmaken! Het aantal toeristen uit Oost-Europa daalde daarentegen n.b. met 19 %! Het redelijk vrije Hongarije is immers voor de strenge gezaghebbers der Tsjechen en Slowaken [hun socialistische republiek] en Oost-Duitsers [hun DDR] bijzonder verdacht geworden om over de Roemenen maar te zwijgen…! Hongarije verwacht voor dit jaar $ 650 miljoen aan deze sektor te verdienen en dat is bijna $ 100 miljoen méér dan in 1987. Uit Oostenrijk kwamen 3 mln toeristen en in de 1e helft van 1988 reisden ruim 5 miljoen Hongaren naar 't Westen, en kwamen totaal 8,5 mln buitenlanders naar Hongarije. Bekend is overigens dat vrijwel alleen het Balatonmeer en omgeving en de hoofdstad bij de toeristen bekend en in trek zijn en dat de rest van het land zo goed als onbekend is!
In 1988 neemt vooral het aantal Oostenrijkse, Nederlandse en Italiaanse toeristen toe maar ook in 1988 bezoeken Hongaren massaal Oostenrijk en vooral Wenen om er massaal inkopen te doen: wasma­chines, TV-toestellen, koelkasten, huishoudelijke apparatuur, video-installaties, enz. In 1987 kwamen 448.000 Hongaren hier, maar in de 1e helft van 1988 al 846.000!

top